Wolkbreuk in Nouadhibou
Nouadhibou- Nouakchott
Nadat de truck en de Nissan met Kees, Ben, Fred en Dielof vanmorgen om 6 uur de motor starte om de reis door Mauritanië te beginnen, begon voor ons de dag kort daarna heel relaxed.
De eetruimte op het terras boven, waar we gisteravond van heerlijke gamba's hadden genoten, was tot een ontbijtruimte omgetoverd. Met dingetjes van onze eigen keuken aangevuld met lekkernijen van onze Auberge chez Momo, was dit een goed begin van de dag.
We hadden tijd genoeg, omdat de taxi's om half 10 zouden komen en we pas om 12 uur vliegen. Alles ging prima en om 10 over half 10 waren we op het vliegveld. Was vroeg, maar Momo dacht dat we om 10 uur moesten vliegen, maar volgens de papieren van Bart was dat pas 2 uur later.
We besloten om de taxi's weer te bellen en een kleine sight seeing te gaan doen. Intussen regende het wat hier toch niet zo dikwijls voorkomt, maar in een taxi zit je droog dachten we. In 3 taxi's weer opweg naar het einde van de landtong aangeven, langs de haven, naar een nieuw gedeeld van de stad waar alleen mensen wonen die bij de spoorwegen werkte. Dit spoor is 600 km lang en volgens MoMo komen er 3 treinen per dag. Dit zijn goederentreinen van honderden meters lang, we zagen er een toen we hier naar toe reden.
Het is nu half 1 en we zitten nog op het vliegveld hier, omdat er wat dingetjes verkeerd zijn gegaan. MoMo, Bart en Rolf zijn nu naar het reisbureau om te kijken of ze iets kunnen regelen, want onze vlucht was overboekt. We zouden dus pas de volgende dag kunnen vliegen en de dag daarna om 6;15 verder naar Dakar. Wel een beetje balen.
Intussen regende het pijpenstelen en bij het instappen van de taxi waren we al behoorlijk nat, ook het raam aan de voorkant stond open en iedere auto die langs kwam bezorgde ons binnen een waterballet. Die stoel was voor Herman, die als laatste instapte en zijn achterkant was meteen kledder. Terug naar de auberge.
De regen hield niet op. Het was een echte wolkbreuk en dat uren aan een stuk. Dit hadden ze zelf ook nog niet meegemaakt. Op een gegeven moment viel het licht uit en kwam er van lezen ook niks meer. Om de beurten hebben we geholpen met water wegvegen, want wat boven van het dakterras kwam was een heuse waterval. Boven was geen afvoer, dus om de zoveel minuten werd alles naar beneden geveegd. Ook op het dak ernaast werd op een gegeven moment gehoosd en kwam alles door het gat in het dak in het toilet waar Alice net verbleef en een gratis douchje kreeg. Hilariteit alom.
Tussen de bedrijven door hadden we een heerlijke lunch gekregen van salade, roereieren en lekker stokbrood. Dat smaakt trouwens heel geweldig na weken wagenwielen te hebben gegeten.
Enkele van ons hielden siesta, want er was niet veel anders te doen. We konden echt niet naar buiten. Herman probeerde nog even een nieuw t-shirt te kopen, maar dat was geen succes.
Gelukkig werd het wat droog rond 6 uur, dus nog even een frisse neus halen, want we zaten allemaal een beetje vochtig te worden. Ook op de slaapkamers werden de plafonds steeds natter en drupte het
van alle kanten. Ook was mijn kussen en een stuk bed al nat.
Buiten was een behoorlijke chaos, want hier was niets voorzien voor zo'n hoosbui. Straten waren grote plassen, waarin het kleine grut hier zich prima vermaakte. Er werd overal met man en macht
geruimd.
Op een gegeven moment besloten we terug te gaan, want MoMo had de mannen verteld waar een biertje te krijgen was, als we maar wel weer bij hem kwamen eten. Het was een chinees restaurant en het bier smaakte prima. Wel lachen, het was bier met het merk van Carrefour en er stond op Cerveza Holandesa. Bij een stel chinezen stond er een fles Wisky op tafel. Rolf vroeg de prijs en die was 60,00 euro. Te duur om een fles te kopen. Ook spraken we daar een Nederlander uit Alkmaar die al voor de 15e keer in z´n eentje de reis maakte door West-Afrika en waarschijnlijk tot april wegbleef.
Om 8 uur was ons diner besteld en had de vrouw des huizes heerlijke kippenpoten met rijst en een saus voor ons bereid. Fijn dat het droog bleef, dus konden we weer naar het dakterras. Lekker weer even nagetafeld, want er is hier geen Wifi. Rond 10 uur wat het overal rustig bij ons en zelfs de stad is een en al stilte. Nadat de muziek van de straat rond half 11 stopte. Was trouwens goede muziek van Bob Marley en Taitanic.
De volgende morgen geen haast en om half 9 ontbeten. De taxi's zouden om 11:15 komen, dus hadden we tijd om even naar de souk te gaan. Bijzonder dat het meeste water als weg was. De stad was een kleurig tafereel met alle tapijten, kussens en kleding die te drogen hingen. Wat een ellende voor deze mensen om alles weer droog en een beetje schoon te krijgen. Gelukkig scheen de zon volop, dus dat helpt. Het was trouwens heel vochtig warm en we liepen behoorlijk te transpireren. Nog even bananen, sinasappels, appels en wat drinken gekocht voor onze vliegreis. Bagage opgehaald in de auberge en op naar de airport. Benieuwd wat ons nu weer te wachten staat.
Het is nu half 2 en we zitten hier vanaf half 12, maar we zijn door de douane en ik vertel straks of we ook echt vliegen.
14:25 We zitten ongeveer 15 min in de lucht. Ik heb een raamplaats en met het opstijgen heb ik gefilmd. Nu zie je pas hoe de stad er echt uit ziet. Heel apart en ik doe het filmpje erbij. Verder zien we alleen water en veel zand, maar ook af en toe een kaarsrechte weg door het zand. Ook meende ik een hutje te zien, maar het kan ook een hoop stenen zijn geweest. Ook het waterverkeer was miniem, slechts 3 boten heb ik kunnen spotten, terwijl we steeds parallel met het land vliegen. De vlucht duurde zo'n 35 min over een afstand van 450 km.
Hier in Nouakchott stond de vriend van Momo ons al op te wachten en zijn we in de taxi's gestapt, nadat Bart de vlucht voor morgen alvast geconformeerd had. De rit was een kwartiertje en je zag meteen dat deze stad wel wat meer allure heeft dan Nouadibou. Leuk was nog dat de taxichauffeur plots de stoep op reed om een grote plas te ontwijken. Ook hier gister heel wat hemelwater gevallen.
Auberge AWKAR is heel mooi, veel groen en bloemen en goed onderhouden. We hebben één grote kamer met z'n allen dus lekker gezellig. Avondeten besteld als ook het ontbijt voor morgenochtend 3 uur, want de taxi's staan weer om half 4 voor de deur als het goed is.
Een biertje is in aantocht en voor vanavond trakteren Alice en ik op een lekkere (hopen we) flesje rode wijn.
En hoe dit allemaal afloopt, vertelt Johan morgen.
Lieve groet voor allemaal,
Trudi
Verdwenen verhaal van Jose
Een nagekomen verhaal van Jose.Het was in de truck blijven liggen, die pas dagen later vrijgegeven is door de douane. De foto's die bij dit verhaal horen zijn te vinden in de fotoserie 'Voorbij Dakhla'
Dessert 10 - Grens Marokko-Mauretanië 104 km zonnig 35C
Vanmorgen gaat om 5.20 uur de wekker. Omdat Fred pas om 6.00 uur brood kan halen bij het benzinestation 17 km verderop, zorgen we dat voor het ontbijt alle tentspullen opgeruimd zijn.
Gisteren bij het opzetten zag ik het al, wat een zand weer in mijn tentje. Dit keer geen rood, maar heel fijn wit zand. Dus vanochtend toch eerst maar alles een beetje uitgeveegd.
Om 6.15 uur kwam Fred met het nog warme brood aanrijden in de Nissan, terwijl wij allemaal klaar zaten om hierop aan te vallen. Er was nog wat stokbrood van gistermiddag over waar wij allemaal alvast aan waren begonnen. Alleen Rolf niet, want die weigert om net als zijn opa eerst de oude appeltjes op te eten als er ook verse zijn. Echter, na een kwartier was het brood afgekoeld en leek het toch wel brood van gisteren te zijn. Dus Rolf.....
Uiteindelijk rijden we om 7.15 uur met volle broodtrommel weer full speed over de N1.
We zien opnieuw de geul die in de berm gegraven is, voor het aanleggen van ondergrondse bekabeling? Deze geul loopt overal dwars doorheen, desnoods wordt hij dwars door een stuk rots geboord en dit
beeld zien we al vele honderden kilometers lang. Wat dat betreft wordt duidelijk geprobeerd dit deel van Marokko mee ontwikkeld te krijgen.
We hebben opnieuw giga voor de wind, waardoor we bijna vliegen.
De afgelopen middag/avond hadden we geen bereik met onze mobieltjes. En als we na 17 km het mini-dorpje zien (met een grote zendmast), en ik toch net achteraan fiets, verzend ik met een
fietssnelheid van 29 km per uur gelijk mijn klaargezette sms'je richting thuisfront. En ik krijg er ook gelijk één binnen van Jan. Zo gemakkelijk gaat het tegenwoordig op de fiets.
Volgens Herman is het een reis vol experimenten. Dit na het enthousiaste verhaal van Fred dat hij tegen de wind in kan plassen. Later op de dag wordt het nog even gedemonstreerd, maar dit beeld komt niet helemaal door de ballotage en is helaas dan ook niet op de gevoelige plaat vastgelegd.
Wat we wel zien vandaag, is dat we extra veel meerijders hebben. En wat daarbij extra opvalt: waarom gaan ze allemaal op de rug van Rolf zitten. Heeft dit te maken met het bewegen van die spiermassa, of zit het in die knalgele kleur van zijn fietsshirt? Of, nog een derde, zeer reële mogelijkheid, zal het komen door de speciale geur die aan dit wielrenshirt hangt?
Dan nog wat over de omgeving op deze laatste, echte dag door de dessert. Ook vandaag worden we weer verrast door een afwisselend landschap. Zo rijden we door een gebied met een zeer wijds uitzicht, met veel zand en af en toe wat groene polletjes. Een bocht verder krijgen we zomaar weer enkele klimmetjes te nemen met aan beide kanten veel rotsachtig gesteente in allerlei grillige vormen. Ook zien we heel veel op elkaar gestapelde stenen bergjes. Er wordt door ons druk gediscussieerd of dat een bepaalde betekenis heeft of dat het gewoon door voorbijgangers is gemaakt. Hoewel het er daar toch wel wat erg veel voor zijn. Maar het is een leuk gezicht, dat afsteekt tegen de strakblauwe lucht. Het is dan ook warm en voor het eerst hebben we wat last van de vliegen om ons heen. Iedereen is dan ook druk aan het zwaaien, en naar de passerende, toeterende auto's en nu dus ook naar de vliegen. Doordat er veel los zand ligt naast beide wegkanten, worden we wel af en toe gezandstraald en we zitten dan ook na het insmeren met zonnecreme al snel onder het zand. Nou ja, we rijden tenslotte dan ook door de woestijn.
Na 104 km komen we om 13.30 uur bij de grens Westelijke Sahara- Niemandsland. En in plaats van een laatste overrnachting in de dessert, overnachten we in een soort hotelletje, wat ik in eerste instantie wel jammer vind, omdat ik mij verheugd had op nog 1 nacht in de woestijn. We hadden vier kamers voor 8 personen en de rest op een matje op de grond. Maakt niet uit, het is in elk geval veilig. Want onderweg hebben we wel diverse keren een bord in de berm gezien dat ons wijst op het gevaar van landmijnen. Nou, dan is zo'n hotelletje wel zo veilig.
's Avonds zet Ben de Nissan alvast in de rij voor de grens naar Mauretanië, die morgenochtend pas om 9.00 uur opengaat. En dan gaan we na vier mooie, indrukwekkende fietsweken Marokko verlaten en ik neem met enige weemoed afscheid van de mooie beelden van de woestijn. Maar we gaan nu het avontuur van het echte West-Afrika tegemoet.
José.
PS Ik kan het niet laten om toch wat cijfers tot nu toe te geven:
- Totaal gereden afstand: 5.912 km
- Totaal aantal uur op de fiets: 286 uur
- Totaal gemiddelde snelheid: 20,7 km/uur
- Totaal aantal lekke banden: 8 stuks.
Geduld en omgaan met tijd
Wat doen we met de tijd die we besparen als we geen 5 dagen nodig hebben om met de postkoets van A naar B te komen, maar binnen een uurtje vliegen onze bestemming bereiken?
Wat doen we met de tijd van 8 uur die we nu overhouden bij het opstellen, uittypen,, nakijken, ondertekenen en naar het postkantoor brengen van een officiële brief zoals dat gebeurde door een
secretaresse in de jaren vijftig, als je nu een mailtje binnen enkele minuten verstuurd hebt dat ook meteen gelezen wordt?
Wat doen we tegenwoordig met al die bespaarde tijd? Hoe gaan we überhaupt om met onze tijd?
De afgelopen dagen zijn voor ons een ware test geweest als het gaat om het omgaan met ‘tijd‘. Bijna vijf dagen ‘tijd' mochten worden ingevuld waarbij 1050 kilometer in twee keer een uurtje vliegen werd overbrugd Het begon op Zaterdag 16 oktober (vroeg in de middag) toen we al aan de grens van Marokko en Mauritanië aankwamen. Om op tijd de overgang te kunnen passeren stonden we op Zondagmorgen 9 uur al in de rij om de grens en het niemandsland tussen de twee landen zo snel mogelijk achter ons te laten. Vijf uur later waren we er eindelijk doorheen en mochten we gelukkig nog 55 kilometer onze benen strekken om naar Nouadibou te fietsen. Maandag 18 oktober werd (mede door een gigantische regenbui) een echte testdag als het gaat om de ‘tijd', want het vliegtuig waar we mee naar Nouachott zouden vliegen was overboekt. Conclusie: we moesten nog een dag in Nouadibou blijven. De planning moest worden aangepast en de aankomst in Dakar werd 24 uur doorgeschoven. Een ware les in: 'geduld hebben' en 'omgaan met tijd'. Iedereen vulde het overbruggen van die overvloed aan tijd op zijn eigen manier in. Schuilen voor de regen, rondhangen, vervelen, slapen, lezen, laptoppen en nog maar een keer een wandeling naar de Soek.
Een bekende uitspraak (die ook prominent op de zijkant van onze truck staat afgedrukt samen met de afbeeldingen van de honden van Ben en Martha) is: 'God gaf de Europeaan de klok en de Afrikaan de tijd'. Iets wat mij in de muziek van Bob Marley die je hier dagelijks uit de luidsprekers in de straten hoort galmen, bekend in de oren klinkt: 'Don't worry, be happy'. Ik kan mij herinneren dat we een half jaar geldeden met wat jongeren daar een musical over geschreven hebben. Naast o.a. de muziek van Bob Marley hadden we het lied: 'Opzij, opzij, opzij, we hebben ongelofelijke haast' van Herman van Veen geplaatst.. De jongeren speelden in de musical het verhaal van de visser die tevreden elke dag aan de kant van de rivier met zijn hengeltje zat te vissen. Een voorbijganger adviseerde hem extra hengels te gebruiken om meer vissen te kunnen vangen. De visser vroeg hem wat hem dat zou opleveren. Hij zou de gevangen vissen kunnen verkopen op de markt, was het antwoord, hij zou goed geld kunnen verdienen. 'En wat dan?' was de vraag van de visser. Van het verdiende geld zou hij een groot vissersnet kunnen aanschaffen en personeel aannemen, dan zou hij nog meer vissen kunnen vangen en het zou de visser financieel voor de wind gaan. Hij zou ook een fabriek kunnen laten bouwen om het vis zelf te exporteren. Hij zou nog meer personeel kunnen aannemen dan hoefde hij niet meer te werken. 'Maar wat moet ik dan doen met alle tijd die ik dan over heb?' was de vraag van de visser. 'Dan kun je aan de kant van de rivier de hele dag lekker vissen', was het antwoord. 'Dat doe ik nu al', was het antwoord van de visser, 'zo hier zittend met mijn hengeltje aan het water ben ik tevreden en gelukkig.'
Maar wij zijn snelle leerlingen als het gaat om ‘geduld' en ‘tijd‘ en ook zijn we gelukkig en tevreden, laat dat gezegd zijn. Ook in Auberge Awkar in Nouakchott hadden we een uitstekend onderkomen. Een 'vriend' van Momo haalde ons om 16.00 uur bij het vliegveld op. Hij had taxi's geregeld en was de uren die volgden (te) nadrukkelijk aanwezig. De volgende morgen om 3.45 uur werden we met de taxi‘s weer naar het vliegveld gebracht voor de vlucht van 6.10 uur naar Dakar (die een uur later pas vertrok) Omdat de communicatiehulpmiddelen ons in de steek lieten en wij nieuwsgierig waren of de Afrika-groep ook veilig in Dakar was aangekomen (want er was ons ten gehore gekomen dat er op het vliegveld van Parijs gestaakt werd) en wij ook niet wisten of de truck en Nissan Dakar bereikt hadden, was de opluchting en blijdschap als een warme golf toen wij bij hotel Al Baraka in Dakar aankwamen en daar Adama, Floor, Marian, Trudi, Gerie en Addy konden omhelzen en hoorden dat Fred, Dielof, Kees en Ben die morgen ook in het hotel waren gearriveerd (zonder truck, want die was nog niet vrijgegeven en stond bij de douane in Dakar). De verhalen van de Afrika-gangers die de dag daarvoor het slaveneiland voor de kust van Dakar hadden bezocht en de hindernissen die de leden van de truck-groep hebben moeten ondergaan, zullen door de betrokkenen zelf nog wel op papier worden gezet. Daar hebben zij waarschijnlijk deze dagen ook geduld en tijd voor, want of we morgen al fietsend kunnen vertrekken, is de vraag. Onze fietsen en spullen liggen namelijk ook nog in de truck. Ook zijn we nieuwsgierig naar de adviezen vanuit de Nederlandse ambassade hier in Dakar waar Bart, Rolf en Herman laat in de middag naar op weg zijn gegaan. Ja geduld is een schone zaak.
Johan Olling
Limmen - Dakar
Hè, hè, eindelijk is het zo ver. Na een training van anderhalf jaar stappen we op het vliegtuig. Eerlijk bekennen, we zijn toch een tikkeltje zenuwachtig dat het daadwerkelijk staat te gebeuren. Om
11 uur zijn we aanwezig op Schiphol en om half twee de lucht in. Het liep zo voorspoedig dat we niet eens tijd hadden om wat winkeltjes af te gaan. Gelukkig maar want we konden het toch niet
meenemen.
Na afscheid genomen te hebben van onze dierbaren konden we op tijd inchecken. Bij de controle kon Floor zijn factor 50 inleveren. Met een zuur gezicht zie ie pissig: 'IK heb het nodig, verdorie,
anders verbrand ik'. Hij draaide zich om en met rugdekking van Marjan en uit het oog van de douane greep hij in de container zijn flesje er weer uit. Gieren natuurlijk, maar het was gelukt.
Na een half uur vliegen landen we in Parijs. Gelukkig is het overdag dus de piloot kan het allemaal goed zien, zeiden we met een knipoog. Wat een groot vliegveld in Parijs. We liepen van hot naar
her. Wij weer door de controle heen en wat bleek? Alles sloeg weer op tilt toen Floor gecontroleerd werd. Weer die factor 50. Dus dat werd weer verwijderd en in de prullenbak. Ik dacht wat Floor
kan, kan ik ook. Ik pakte mijn banaan en de schil gooide ik weg. En met dezelfde beweging nam ik factor 50 mee in mijn hand. Buiten zicht gaf ik het terug aan Floor. Zo makkelijk is het om een bom
mee te smokkelen. Om 4 uur weer het vliegtuig in en met heel veel turbulentie landen we om 9 uur in Dakar.
Toen we in de hal aankwamen, stond een Afrikaan met een bord in zijn handen op ons te wachten. Op het bord stond 'Beemsterboer Holland'. Een werknemer van een neef van Louis Beemsterboer uit Heiloo
kwam ons ophalen met een bus. Want de fietsen, verpakt in Kroone Liefting dozen, moesten ook mee natuurlijk. Anders fietst het zo moeilijk.
Op weg naar de auto liepen er meteen 40 Afrikanen om ons heen om ons te helpen. Dat was meteen een cultuurschok. Vandaaruit naar het hotel in het centrum van Dakar. In Dakar geldt: wie het eerst
bij een kruispunt is, heeft voorrang. Even slikken dus.
Bij het hotel aangekomen hebben we even gevierd dat alles onder controle was, de kamers verdeeld en toen total loss te bed. Wat zullen we lekker slapen, dachten we. Niet dus, want er gaat van alles
door je heen. En als er dan ook nog iemand naast je ligt die hetzelfde geluid maakt als het vliegtuig met een haperende motor, dan kan je aanvoelen hoe de eerste nacht verlopen is.
Maar de volgende dag gezond weer op. ‘s Ochtends heerlijk ontbeten en daarna de fietsen uit de dozen gehaald. Alles was nog heel gelukkig. Buiten gekomen viel er een warme deken over ons heen. Dat
was even wennen. Ineens stond de werknemer van Beemsterboer weer in het hotel. Hij had een vrije dag gekregen van zijn baas om ons de stad te laten zien. Geweldig. We besloten naar de haven te gaan
en van daaruit met een boot naar het eiland Goree te varen. De gids vertelde dat de slaven vanuit de haven per boot naar het eiland Goree getransporteerd werden om daar slavenarbeid te verrichten.
‘s Avonds sliepen ze vastgeketend in hokken. Afschuwelijk als je dat ziet.
Maar van cultuur snuiven krijg je honger dus we gingen een wegkiosk binnen. Het eten was voortreffelijk maar je moest niet naar boven en naar de muren kijken. Jaap Metselaar, onze plaatselijke
stukadoor, zou er een maandtaak aan gehad hebben. Maar zolang de bende aan het plafond blijft hangen en niet op je bord valt is het prima. Wat een eiland en wat een historie. Met de boot weer naar
het vaste land om vervolgens met de benenwagen dwars door de stad weer bij het hotel aan te komen. Even tot rust komen in de hotelkamer want het is best wel vermoeiend als je op straat constant
achtervolgd word door mensen die iets willen verkopen. Ook moet alles in een laag tempo gedaan worden, rustiger praten, minder snel bewegen, wat voor mij en vele anderen heel moeilijk is. Anders
kan je elk uur wel een nieuwe verschoning aantrekken.
Toen uit eten bij een gezellig restaurant. We hadden echt een vakantiegevoel in plaats van het gevoel te hebben met een monstertocht bezig te zijn. Als de rest van de groep zich bij ons voegt zal
het voor ons daadwerkelijk beginnen. Met die gedachte sloten we de dag af. Alles onder controle en morgen gezond weer op.
Gerie Koot.
De grens, een oefening in geduld
De grens van Marokko gaat dicht tussen 18.00 uur en 9.00 uur. We kunnen dus uitslapen tot half acht in ons hotel vlak vóór de grens, want we kunnen er toch niet eerder door. Helaas is mijn
nachtrust wat verstoord door snurkende kamergenoten en een lekkende kraan. Maar dat hoort allemaal bij deze tocht, en ik snurk zelf ook, dus daar zeur ik verder niet over. We ontbijten in een
rumoerige eetzaal, maar met vers brood en lekkere koffie. Zoals we gewend zijn, deelt Johan kaartjes ter overdenking uit, want het is zondag.
De avond tevoren hebben we de Nissan alvast in de rij gezet, en dat is maar goed ook. Maar nu staat er ook een rij van een stuk of vijftien vrachtwagens náást. Om kwart voor negen komt er wat
beweging, dus we gaan ook in de rij staan, de fietsers ernaast, en de Nissan houdt even in om de truck ertussen te laten. Fred probeert een vrachtwagen tegen te houden, maar die rijdt doodleuk zijn
fiets omver.
Iedereen moet naar het eerste loket om zijn paspoort te laten zien en een formulier in te leveren; wij hadden dat gisteravond al gehaald en ingevuld. Maar het gordijntje is nog dicht, pas om half tien begint de controle. Dan staan er al enkele tientallen mensen. Het systeem is dat iedereen zijn paspoort netjes op volgorde op de vensterbank legt. Maar wonderlijk genoeg groeit toch het voorste stapeltje! Na een tijdje wachten is ons stapeltje aan de beurt, en mag ik uitleggen wie fietsers, wie begeleiders en wie chauffeurs zijn. Alles wordt op ons overzicht netjes bijgeschreven. Tegen half elf zijn de fietsers erdoorheen. Dan volgt de douane, de fietstassen moeten open en Martha moet twee keer laten zien dat er echt brood in haar lunchtrommeltje zit.
Ondertussen worden de papieren van de voertuigen nagekeken en wordt de truck op verdachte inhoud gescand. En ja hoor, een verdacht wit vlekje! Zeil eraf, en het blijkt onze moker te zijn. Gelukkig
wordt die niet in beslag genomen en mogen truck en Nissan naar de volgende controle. Dat is die van de kentekenbewijzen ('carte gris'). Ook daar wordt weer alles opgeschreven en moet weer het een
en ander toegelicht worden in het kantoortje. Omdat ik een beetje Frans spreek, heb ik het dus druk vandaag. De beambten vragen openlijk om bier of whisky.
Omdat ze ons als groep willen laten vertrekken moeten de fietsers ook wachten. Op een gegeven moment zien we de ober van het hotel van vannacht, en bestellen we koffie, die een kwartiertje later
keurig in bekertjes wordt gebracht. Wel tegen een dubbele prijs, maar daar moet hij dan ook een heel eind voor lopen. Tenslotte mogen we even na twaalven, tussen twee vervaarlijk uitziende soldaten
met stenguns door, Marokko uit en het niemandsland in. Oei, alleen al het verlaten van Marokko kostte dus ruim drie uur!
Dan het niemandsland in. De asfaltweg houdt op en we moeten over een piste, dat wil zeggen nu eens kale rots, dan weer mul zand, dus lopen. Er liggen veel autowrakken in het rond. We waren gewaarschuwd, niet van de piste af te wijken in verband met de landmijnen die hier overal zouden liggen. Maar de voorzienigheid heeft gezorgd voor een kudde dromedarissen die hier vrolijk rondstappen, dus met het mijnengevaar zal het wel meevallen.
Na een kleine vier kilometer arriveren we bij de Mauritaanse grens. Het ritueel is nu wel wat bekend. De dertien paspoorten worden weer door een militair geklede beambte overgeschreven. Ik mag de
beroepen noemen, want die staan niet op onze lijst. De beambte meldt zonder mij aan te kijken, dat hij een cadeau wil. Na geen reactie meldt hij drie paspoorten verder, dat hij een broek nodig
heeft zoals ik aan heb. Weer drie paspoorten verder wil hij een fiets van ons kopen. Maar ik geef geen sjoege en ondertussen gaat hij wel door, en op een gegeven moment is de lijst klaar. Daarna
volgt de douane, en tenslotte de controle van autopapieren en de chauffeurs.
Ondertussen hebben de wachtende fietsers zich de geldwisselaars en hotelronselaars van het lijf moeten houden: 'Nee, we hebben al een hotel.' ' Welke dan?' 'Chez Momo' (om een visum voor Mauritanië
te krijgen heb je een hotelreservering nodig, vandaar) 'Oh, ik ben zijn neef, ik zal hem even bellen.' En een kwartiertje later stapt er een zwart persoon in oranje shirtje (en daaronder een
T-shirt van Parijs-Dakar, dat hij vol trots laat zien) op ons af en stelt zich voor als Momo. Hij heeft een mailtje van mij in zijn hand, dus hij is het echt, we worden niet genept.
Even na tweeën zijn we door alle grenscontroles heen. Maar van de begeleiders, die door de Nederlandse ambassade zouden zijn geregeld, en om 11 uur klaar zouden staan, geen spoor ! Momo rijdt met ons mee in de Nissan om de weg te wijzen. Hij blijkt heel handig in het smoezen bij de politiecontroles onderweg, we zijn blij dat hij er is! De fietsers hebben ondertussen een stevige trap aan de laatste 50 km, want het is flink gaan waaien, en we moeten er recht tegenin. We zagen al een tijdje een donkere lucht aankomen, en het begint nog een beetje te spetteren ook.
In Nouadhibou blijkt, dat we niet alleen in een ander land, maar bijna ook in een andere wereld zijn gekomen, dit is echt Afrika! Brede stroken zand tussen de asfaltweg en de huizen, waar allerlei bedrijvigheid heerst, en geiten en ezels rondscharrelen, veel ezelkarretjes op de weg, en een chaotisch verkeer. De mensen zijn hier veel zwarter dan tot nu toe. Een geit wordt eventjes vlug in een achterbak gekieperd. We kijken onze ogen uit.
Om kwart voor vijf zijn we bij auberge Sahara. We worden ontvangen in lekkere stoelen op het terras met heerlijk koude blikjes fris en popcorn. 's Avonds maakt mevrouw Momo een verrukkelijke maaltijd voor ons klaar van grote gamba's, rijst en saus.
Bart
Over asfaltmuizen, woestijnratten en andere hersenspinsels
Vanochtend om 5 uur ging de wekker weer en ik moet zeggen dat ik aardig in het ritme begin te komen. Nadat Ben de ronde heeft gedaan en ons allemaal met zijn vertrouwde bromstem heeft gewekt, prop
ik als een haas alle spullen die ik deze dag niet nodig heb in mijn tas, ik wurm me in het klaargelegde hoopje fietskleding dat in de loop van de nacht een hogere vochtigheidsgraad heeft gekregen
dan toen ik het van de waslijn haalde. Maar ja dat waait straks wel weer droog op de fiets. Alle tassen snel naar de truck gebracht en daarna de kleddernatte tent snel in elkaar gerold. Vanuit mijn
ooghoek zie ik dat iedereen al aan tafel zit, dus daar ren ik ook snel heen, nog net onderweg mijn beker uit de fietstas trekkend. Pffffffffffff...., ik heb het weer gered. Na het ontbijt gauw de
drie liter water in de bidons met daarin de nodige versterkende middelen om de dreigende vochttekorten op tijd weer aan te vullen. Nog nahijgend, maar tevreden sta ik even later met de fiets aan de
hand, als één van de eersten te wachten op de weg, samen met José en Martha. Een flinke tijd later arriveren de mannen en Bart fluistert mij discreet toe dat mijn grondzijl, haringen enz.... er nog
lagen en dat hij dat voor mij opgeruimd heeft. Het leven van een fietser is niet makkelijk........
Verder werd het gelukkig een mooie fietsdag. Windje in de rug, nog steeds langs de Atlantische kust en de stemming onder de fietsers was goed. Af en toe ook een tikje melig. Nee, dat platte diertje
op de weg was geen woestijnrat, maar een asfaltmuis. Er werden onderweg ook ideeën geopperd om economischer te wassen door een ton achter de truck te laten rollen met daarin onze was, en ook had
het ons leuker geleken als de truck tevens te gebruiken was als fritekraam en dat Ben dan door het luik de Dobbenkroketten zou serveren. Verder werd er deze dag nog wat gefantaseerd over de
ontgroening van onze Afrikafietsers die zich volgende week bij ons aansluiten,maar dat blijft nog even een verrassing.
Het hoogtepunt van deze dag zou de duik in zee worden. Al bijna 1000 km fietsen we naast die uitdagende branding waar we steeds nét niet bij kunnen komen.
Na een kleine onenigheid over tijd en plaats van het badderen, lukte het ons om na 90 km fietsen aan het strand te komen. Helaas bleek het van dichtbij niet helemaal wat we ervan verwachtten. Het
strand zag een beetje zwart en tot ver in zee lagen enorme keien en groeiden er veel planten op de bodem.En wat als je een zeepaling zou tegenkomen zoals die ene dode op het strand?
Toch konden de meesten hun enthousiasme niet bedwingen en 'tijgerden' richting branding. (lopen ging niet of nauwelijks door de glibberige stenen) Dielof vertelde later hoe lachwekkend dat eruit
zag voor de achterblijvers die van hun uitzicht genoten!
Na 130 km (met een gemiddelde snelheid van 25,8 km per uur, een record!) weer een prachtige desert-plek. Wat mij betreft de leukste manier van kamperen, zo in het wild onder de mooie Afrikaanse
sterrenhemel.
Al is het opzetten van je tent niet eenvoudig hier aan de kust, omdat iedere middag de wind aanzwelt en het dagelijks een gevecht oplevert met onwillig tentdoek.
Bijna vergeet ik nog te melden dat we net een rustdag achter de rug hebben in een mooie stad hier in de Westelijke Sahara. Eén van de laatste steden voordat we de grens met Mauretanië oversteken.
De dames hebben de Hammam weer bezocht. Ook Martha moest er aan geloven en ook zij vond het een mooie ervaring. En de heren hebben (eindelijk weer) een biertje gescoord in deze, naar Marokkaanse
begrippen, moderne stad. Verder hebben we op de hotelkamer gekookt omdat we nog steeds bang zijn om onze kwetsbare darmen bloot te stellen aan inheems eten. Erg gezellig met z'n allen op de
meidenkamer, zittend op banken en kussens op de grond.
Nog even en we hebben Marokko achter de rug. Het was een erg mooi land, maar we kijken toch ook erg uit naar de laatste maand van deze reis. Het landschap en de bevolking zullen straks weer heel
anders zijn.
Aan de Marokkanen bewaren we goede herinneringen. Meestal waren ze enthousiast. Veel opgestoken duimen , zwaaien en toeteren. En de bescherming van de politie, ach, dat duurde soms wat lang en je
vroeg je wel eens af waarom je toch iedere keer weer datzelfde verhaal moest vertellen, maar de sfeer bleef altijd gemoedelijk.
Wat mij betreft, ik kom hier zeker nog eens terug!
Alice
Wat periodieke beslommeringen van een chauffeur begeleider.
Rustdag in Dakhla
Reparaties laten uitvoeren
Zoals: Diverse onderdelen van het aggregaat laten lassen (eerder ook al eens een motorsteun laten lassen). Het aggregaat begon zoveel herrie maken
dat het tijd was voor een inspectie, hierbij bleek dat de uitlaatdemper was gescheurd en de oorzaak daarvan was een gescheurde motorsteun.
Reparatie was via een tussenpersoon snel geregeld, ik hoefde zelf niet mee. Dat zou volgens de man de prijs alleen maar opdrijven. Nu heeft hij dat bedrag waarschijnlijk in eigen zak gestoken. Maar
goed de prijs was laag. 's Avonds hebben Herman en Ben alles weer gemonteerd. Nu de machinist van het koffiezet apparaat (Ben) maar gevraagd het aggregaat zo min mogelijk te gebruiken.
Water bunkeren
Vanaf de start in Marokko hebben we op campings via een slang wat water ingenomen in onze voorraadtanks. Maar voor onze Sahara tocht wilden we met volle tanks
van start. Geen campings meer dus we moesten op een andere manier aan water zien te komen. We moesten dus water kopen. De eerste keer was op een vrijdag en 'time for prayers' (dus niet voor water
laden) maar voor wat extra Dirhams waren ze wel genegen een gebed over te slaan en kwam er toch nog een tankwagen met 1000 liter water voorrijden (kosten 200 dinar).
De keer daarna ging het water innemen nog wat moeizamer. Eerst al een discussie over de prijs: men vroeg nu 850 dinar. De tankwagen zou er om 12:30 uur zijn maar door de discussie over de prijs was
het blijkbaar afgeblazen zonder dat ik het wist. Dus navragen en opnieuw een afspraak maken. Uiteindelijk arriveerde de tankauto om 16:00 uur. De hoge prijs kwam doordat we om drinkwater hadden
gevraagd en daarom leverde men 1000 liter mineraalwater. Achteraf toch nog een koopje, we zouden het hier voor 4 dinar per fles kunnen verkopen. En voorlopig kunnen we ons dus ook wassen met
mineraalwater. Om afkickverschijnselen bij de fietsers te voorkomen doseer ik evengoed voor de zekerheid maar wat Hadex aan het mineraalwater.
Gasflessen laten vullen.
Ik had al eerder pogingen ondernomen om de lege gasflessen om te ruilen. Dat ging als volgt: eerst een 'mooie' volle fles uitzoeken, want de
gasflessen die je hier ziet, daar heb ik niet zoveel vertrouwen in. Het is onvoorstelbaar hoe ze eruit zien maar ook hoe ze er mee omgaan (gooien zonder afscherming van de gasafsluiters). Onze
mooie fles (bijna met tranen in de ogen) aanbieden om te ruilen. Helaas niet mogelijk, ze willen alleen Marokkaanse gasflessen omwisselen. Ik was zo naief om te denken dat ze hun oude troep graag
zouden verruilen voor onze blinkende Nederlandse gasflessen, maar dat lukt dus niet. Laten vullen scheen wel mogelijk te zijn in de provinciehoofdstad. Eerst maar naar het kantoor van de
gasleverancier. Hier zat een dame aan een bureau. Maar het bleek na een lange discussie en de nodige smeekbeden van mijn zijde niet mogelijk om de flessen te laten vullen. Uiteindelijk maar wat
winkeltjes afgegaan voor een Marokkaanse gasfles, de prijs varieerde van 900 tot 150 dirham, dus voor 150 dirham een volle gasfles aangeschaft. Volgens mij is de winkelier vergeten om het
statiegeld voor de fles te berekenen. Ik heb een paar maal gevraagd of hij zich niet in de prijs had vergist maar dat was volgens hem niet het geval. Al die moeite dus voor slechts 150 dirham. Als
ik dat van te voren had geweten!
Politiecontroles
Standaardprocedure is netjes groeten, handje schudden, blijven lachen, dom kijken (hier hoef ik weinig voor te doen), vragen beantwoorden, maar lang niet
alles begrijpen (ik spreek alleen Engels), stap voor stap gegevens overhandigen zoals de namenlijst met paspoortnummers etc, soms een kopie van paspoort tonen ter identificatie. Na afloop weer
netjes groeten, bedanken etc etc.
De laatste controle ging wat stroever, men begon al met het vragen naar mijn paspoort waarop ik mijn kopie toonde (hetgeen tot nu toe altijd goed werkte). Nu wilde men het origineel, plus ons
standaard namenlijstje met de nodige gegevens. Uiteindelijk na de nodige discussie maar zonder het originele paspoort te tonen mochten we toch vertrekken.
Nadat ik de auto had gestart werden we toch weer tot stoppen gemaand. Het originele paspoort moest toch getoond worden. Nu is dat gemakkelijker gezegd dan gedaan omdat de paspoorten in de kluis
(ergens diep verstopt in de truck) worden bewaard. Dus de truck open paspoort uit de kluis weer naar het politie kantoortje.1 paspoort was uiteraard niet voldoende, dus de paspoorten van de overige
begeleiders ook uit de kluis, vervolgens (u voelt het al aankomen) een discussie over het wel of niet tonen van de paspoorten van de fietsers (die ik overigens niet allemaal in de kluis heb) maar
uiteindelijk, na de controle van de gegevens van de paspoorten van de begeleiders met de gegevens op de namenlijst, mochten we toch weer verder en de paspoorten van de fietsers mochten in de kluis
blijven.
Praatjes met omstanders in de dorpen .
In ieder dorp dat we aandoen om boodschappen te doen komt er wel iemand op mij af die de reservefietsen die wij op het dak van de truck
hebben van ons wil kopen. Als ze van mij de prijs horen (in Euro's) druipen ze vanzelf weer af.
Of mensen die vragen of we geen nieuwe band voor ze hebben, en als dat niet lukt of we misschien plakspullen hebben, of hun band willen lappen. Ik houd me dan meestal van de domme, we hebben een
andere bandenmaat of dan moet je bij de fietsers zijn als die al weer aan de horizon verdwenen zijn.
Het verkeer
In de Sahara vaak de gehele dag een lange rechte tweebaansweg, indrukwekkend landschap maar weinig variatie.
Om de ongeveer 15 km grote GSM antennemasten, dus de gehele dag goed bereik (dit is tot nu toe in geheel Marokko het geval)
Steeds meer borden van overstekende kamelen, maar steeds minder kamelen te zien.
Ook zie je af en toe, ver van de bewoonde wereld midden in de woestijn langs de weg waarschuwingsborden voor radar snelheids controle. (niet erg geloofwaardig maar toch)
De weg is vaak relatief smal, je kan elkaar met 2 vrachtwagens maar net aan passeren en soms moet je de kant in. Hier geldt de wet van 'wie heeft de grootste'. De kleinste moet de kant in. Ik voel
me heel groot in de DAF dus dat heeft me inmiddels wel een zij-spiegel gekost.(gelukkig hebben we een reservespiegel bij ons), de tegenligger voelde zich groter.
groet
Kees Zomerdijk
Speciaal bericht voor leerlingen die ons volgen
Hoi kinderen van de scholen de St Maarten, de Pax christi, het Kleurenorkest, de openbare basisschool in Egmond aan de hoef, de Branding, de Sterrekijker, de klassen van Jan Castricum, van juffrouw Sandra van der Steen, van juffrouw Marisca Glorie en niet te vergeten de klassen van het Willem Blaeu College: eindelijk even een berichtje voor jullie speciaal.
Jullie hebben ons al mooi kunnen volgen en al heel wat kunnen lezen van de landen waar we door heen zijn gegaan.
Nu het land de West Sahara. Het is er echt zanderig. Onze tenten zaten vlak na het opzetten al van binnen onder het zand. Er is lang niet altijd een douche, dus zijn we blij dat er een aan de truck
is vast gemaakt. Gewoon heerlijk in de buitenlucht douchen. En het is echt nodig na 120 km fietsen tegen de wind in.
We hebben al apen in het wild gezien en dromedarissen. Wat een pootafdruk laten die beesten achter, wel 20 cm doorsnee. Ook verschillende vogels die we bij ons in Nederland niet hebben, zoals de
witte reiger(o sorry, die is wel al een keer door een van ons gesignaleerd tussen Egmond aan de Hoef en Heiloo) en de Arendbuizerd. Ook zijn er hagedissen.
We hopen dat jullie lekker met de lesboekjes bezig zijn en ze leuk vinden. Blijf ons volgen en laat, als je zin hebt, wat horen.
Wij fietsen richting Dakhla, dat op een schiereiland ligt. Daar hebben we een rustdag.
Vandaag hebben we heel veel fosielen gezien, het maakte op een gegeven moment gewoon niet meer uit waar je keek, ze waren overal in stukken rots te zien. Even verderop een nieuwe visafslag met daar
vlak bij heel veel vissershutjes, die er van buiten uitzien als krotten maar van binnen vaak verassend netjes en mooi zijn. Heel veel goed onder houden houten vissersbootjes. We hadden vrij veel
voor de wind en wat zijwind, heerlijk. Zo af en toe komen er vrachtwagens vol met wel drie lagen schapen of een vracht vol met drommedarissen( met de koppen er bovenuit) ons voorbij denderen.
groeten Van Martha van der Steen